3.2 Diversiteit aan toepassingen robotisering | Arbeidsdeskundigen

Cahier 21 – Robotisering en de gevolgen voor arbeidsbelasting en het arbeidsdeskundig vak
3.2 Diversiteit aan toepassingen robotisering

De verscheidenheid aan toepassingen van robotisering die we onder deze brede definitie kunnen scharen, is groot en groeiende. De gelijktijdige technologische ontwikkelingen op het gebied van sensortechnologie, big data, cloud computing en kunstmatige intelligentie zorgen ervoor dat robots steeds beter kunnen waarnemen, nadenken en interpreteren, beslissingen kunnen nemen, de fysieke uitvoering op zich kunnen nemen en daarop ook kunnen reflecteren. Zo ontstaat er een palet aan robotvormen die specifieke arbeidstaken of combinaties van arbeidstaken van de mens kunnen overnemen. Hieronder geven we een beschrijving van enkele vormen van robotisering.

In de industrie kennen we al sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw de traditionele industriële robots of zogenaamde knikarm-robots. De vraag naar deze industriële robots groeit nog steeds. Deze robots staan in fabrieken of magazijnen opgesteld in een afgeschermde omgeving en zijn veelal geprogrammeerd voor de uitvoering van een beperkt aantal taken met grote snelheid, een hoge precisie en betrouwbaarheid. Dergelijke robots worden ingezet voor bijvoorbeeld laswerkzaamheden of het spuiten van onderdelen in de maakindustrie of voor het stapelen van producten op pallets. De samenwerking van de mens met dit soort robots is in feite beperkt: mens en robot zijn betrokken bij verschillende processtappen, strikt gescheiden in tijd en fysieke ruimte (Kolfschoten & Grooten, 2015).

Eenzelfde scheiding zien we in de logistiek, in gerobotiseerde magazijnen, waar ze geautomatiseerde ‘goods-to-man systemen’ gebruiken om producten uit magazijnstellingen op te halen en te transporteren naar vaste werkstations. Op deze werkstations zijn het mensen die de resterende handelingen verrichten voor het samenstellen van orders of het verpakken hiervan.

Intensiever wordt de mens-robot samenwerking bij de zogenaamde collaboratieve robots (oftewel cobots). Dit is een nieuwe generatie robots die haar weg naar praktische toepassing aan het vinden is. De cobot heeft de kooi verlaten. Hij staat op de werkvloer naast de mens en is met sensoren en kunstmatige intelligentie in staat om taken van de mens over te nemen en ‘als een soort collega’ samen te werken. De eerste cobots in de industrie zien we nu vooral bij relatief eenvoudige taken (zoals het beladen en ontladen van machines), waarbij de menselijke interactie niet veeleisend is. Deze ontwikkeling is veelbelovend en biedt potentiële voordelen ten opzichte van traditionele robots. Cobots nemen weinig ruimte in, zijn relatief goedkoop, zijn in staat om snel nieuwe taken te leren en zijn daarmee flexibel inzetbaar. De implementatie van nieuwe toepassingsvormen lijkt slechts een kwestie van tijd. De samenwerking met de mens wordt dan intensiever. Taken op het gebied van waarnemen, informatieverwerking, beslissen en fysiek uitvoeren worden naar beste inzicht verdeeld en mogelijk in de tijd aangepast aan wisselende omstandigheden (‘dynamische taakallocatie’).

Verder neemt in veel sectoren de toepassing toe van robots die op afstand werken en waar mensen dit monitoren en/of aansturen. Deze vorm van robotica (tele-operatie) zien we bijvoorbeeld bij de inspectie en reiniging van objecten die moeilijk toegankelijk zijn voor de mens. Denk aan de inspectie van olie- en gasleidingen of de reiniging van tanks. Hier is de samenwerking van de mens met de robot intensief, waarbij duidelijk is dat de arbeidsinhoud drastisch is veranderd. Ook in de robotchirurgie is sprake van tele-operatie. Medisch specialisten kunnen hierdoor invasieve handelingen verrichten met een hoge mate van precisie. Ook kunnen ze hierdoor op geringe of grote afstand (vanuit een ander ziekenhuis) operaties uitvoeren (Kolfschoten & Grooten, 2015).

Tot slot gaan in de administratieve sector – bijvoorbeeld bij banken, verzekeringsmaatschappijen en overheid, en waar informatieverwerking en besluitvormingsprocessen ‘eenvoudig’ te digitaliseren zijn –banen verdwijnen. Tegelijkertijd is de verwachting dat er altijd kenniswerk overblijft voor mensen, waarbij de aard van het kenniswerk wel gaat veranderen. Denk aan leerkrachten, financieel adviseurs, verkopers, managers en artsen. Zij worden in hun werk allemaal meer en meer ondersteund via supportsystemen die gebaseerd zijn op de continue beschikbaarheid van big data en krachtige analysetechnieken. Niettemin blijven deze functies noodzakelijk, vooral waar sociale interactie, overtuigingskracht en vertrouwen en creatief out-of-the-box-denken vereist zijn. In dit geval is sprake van mens-robotsamenwerking, waarbij robotisering de menselijke arbeid niet vervangt, maar juist kan versterken en ondersteunen (zie ook Went e.a., 2015).

Accepteer de voorwaarden

Gebruik van dit werk is toegestaan conform licentie creative commons CC-BY-4.0. Deze gebruikslicentie vervalt zes maanden na het verschijnen van een nieuwe editie van het werk. Het auteursrecht op dit werk berust bij de Staat der Nederlanden, ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.


Download document Download document