Als de arbeidsdeskundige op de signaalgebieden in het Resultatenverslag de factoren heeft aangegeven waarvan hij denkt dat deze positief of negatief kunnen bijdragen aan de re-integratie van de cliënt, kan het gesprek beginnen. De gespreksagenda ondersteunt hem hierbij.
Motiverende gespreksvoering
Het gesprek vangt aan volgens de principes van de motiverende gespreksvoering. Het idee is dat niet de arbeidsdeskundige, maar de cliënt zelf de relevante zaken benoemt. De arbeidsdeskundige doet wel aan agendasetting. In de Scan Werkvermogen Werkzoekenden vraagt de arbeidsdeskundige naar knelpunten en aandachtspunten en werkt op die manier aan bewustwording bij de cliënt op dat punt (in de fase van knelpuntenanalyse). Hoewel de arbeidsdeskundige beschikt over een schaduwlijstje met belemmerende secundaire factoren is het vooral van belang of de cliënt ze zelf als probleem ziet. Als de arbeidsdeskundige van mening is dat een belemmerende factor niet als probleem wordt gezien en niet wordt gecompenseerd door een versterkende factor, moet worden gewerkt aan bewustwording. Het is uiteraard van belang aandacht te besteden aan de problemen en knelpunten die de cliënt zelf noemt. Als een cliënt vindt dat hij niet wordt erkend in deze knelpunten, stokt het gesprek. Motiverende gespreksvoering is bij uitstek een techniek, waarin de erkenning voor de cliënt centraal staat.
Oplossingsgerichte gesprekstechniek
In de loop van het gesprek, wanneer de arbeidsdeskundige en de cliënt samen een aantal relevante secundaire factoren hebben bepaald, kan de arbeidsdeskundige overstappen naar de oplossingsgerichte gesprekstechniek. Vanuit het oplossingsgericht coachen is juist het niet zoeken naar problemen een belangrijk uitgangspunt. De focus ligt op de gewenste situatie. In het oplossingsgericht denken wordt niet gewerkt aan wat niet stuk is (handen af van wat in de beleving van de cliënt al goed gaat). Het idee is ook dat veel cliëntsituaties te complex zijn om door een lineaire redenering in een behandelplan te worden opgelost. Het uitdiepen van een knelpunt leidt dan alleen maar tot een sfeer die beladen is met nog meer knelpunten. De hoop op verbetering en oplossing raakt daardoor steeds verder uit beeld.
Fasen van gedragsverandering
Om greep te krijgen op de veelheid aan secundaire factoren die een rol spelen, kan de arbeidsdeskundige aansluiting zoeken bij het model van de fasen van gedragsverandering van Prochasca en DiClemente. Wanneer de arbeidsdeskundige voor zichzelf duidelijk heeft waar de cliënt zich bevindt in het proces van verandering, kan hij samen met de cliënt werken aan de doelen en taken die voor die fase van belang zijn. Dit betekent dat hij in de eerste fasen vooral focust op factoren die betrekking hebben op het willen en in latere fasen ook op factoren die betrekking hebben op het kunnen en volhouden. Het kan gaan om het mobiliseren van de versterkende factoren of het wegnemen van de belemmerende factoren (door de versterkende factoren of door ondersteuning van professionals).
In de Scan Werkvermogen Werkzoekenden daagt de arbeidsdeskundige de cliënt uit om na te denken over de mogelijkheden tot verandering. De arbeidsdeskundige vraagt hoe de cliënt het knelpunt kan aanpakken. Met de door ons voorgestelde aanvullingen op de vragenlijst en het Resultatenverslag beschikt de arbeidsdeskundige nu ook over een schaduwlijstje met versterkende secundaire factoren. Dat is het moment om de oplossingsgerichte gespreksvoering in te zetten. In het oplossingsgericht denken speelt de professional een actieve rol in het zoeken naar versterkende factoren en oplossingen. Er is sprake van een gezamenlijke constructie van oplossingen, waarin de arbeidsdeskundige ook zijn eigen perspectief kan inbrengen. Dat kan door het ontdekken en benoemen van de sterktes van de cliënt en stellen van oplossingsgerichte vragen rond zich aandienende knelpunten. Het is een proces van ontdekken, vergroten, versterken en opnieuw inzetten.
Krachtbronnen
De arbeidsdeskundige kan de krachtbronnen bij de cliënt vinden op verschillende plaatsen:
Uitzonderingen: knelpunten en problemen spelen – anders dan vaststaande beperkingen – niet altijd in dezelfde mate. Er zijn altijd uitzonderingen, momenten dat het zich op een andere manier manifesteert. Dat is interessant, omdat daar mogelijk (deel)oplossingen liggen waar het de cliënt lukt om zijn krachtbronnen te hervinden en te benutten.
Oplossingen uit andere contexten: er zijn mogelijk ook momenten waarop de cliënt ondanks de knelpunten goed functioneert. Het gaat hierbij om het leven met de problemen.
Oplossingen van menselijke aard: perfect geluk is een menselijke wens, maar ook een illusie. Een belangrijke krachtbron is een reële definitie van geluk; voldoening halen uit een leven dat goed genoeg is en daarnaar te streven.
In bijlage 5 zijn voorbeeldvragen uit de oplossingsgerichte gespreksvoering opgenomen die de arbeidsdeskundige in het scangesprek kan gebruiken.