Wat veelvuldig voorkomt, is dat cliënten zich vaak niet (meer) bewust zijn van hun eigen competenties, resources, krachtbronnen, capaciteiten en veerkracht. Vaak ontnemen problemen het zicht op ieder mogelijk en denkbaar middel dat kan worden ingezet om oplossingen te genereren, of maken die problemen dat cliënten daar niet meer op durven vertrouwen. Onderzoek wijst uit dat de selfefficacy (eigen effectiviteit) van werkzoekenden – het vertrouwen in de eigen capaciteit om bij te dragen aan het voorkomen en oplossen van problemen met betrekking tot werk zoeken – afneemt naarmate de werkloosheid voortduurt en er meer faalervaringen zijn. Vaak moet de cliënt om die reden hulp krijgen om de weg naar zijn krachtbronnen te (her)ontdekken. Krachtbronnen kunnen dan ook latent aanwezig en (daardoor) niet werkzaam zijn. Door ze actief te ontdekken en te mobiliseren worden ze werkzaam en kunnen ze een bijdrage leveren aan het re-integratietraject.