Het is belangrijk dat professionals in het gesprek met de cliënt expliciet op zoek gaan naar deze krachtbronnen. Maar dit betekent niet dat met een beroep op die krachtbronnen alle problemen worden overwonnen. Cliënten verschillen in de mate waarin zij beschikken over krachtbronnen, de mate waarin zij die inzetten en (dus) de mate waarin zij ondersteuning nodig hebben. Professionals moeten dus reflecteren op hun eigen neiging om zaken van de cliënt over te nemen. Arbeidsdeskundige kunnen het trajectplan ‘corrigeren’ met de eigen kracht van de cliënt. Ze kunnen cliënten ondersteunen door:
hun krachtbronnen te (her)ontdekken (door ernaar te vragen);
hun krachtbronnen te vergroten (door details te vragen)
hun krachtbronnen te versterken (door in te gaan op de bijdrage van de cliënt en een compliment daarover te geven)
te onderzoeken hoe ze ingezet kunnen worden binnen de huidige situatie.
Door deze krachtbronnen (versterkende factoren) toe te voegen aan de Scan Werkvermogen Werkzoekenden krijgen arbeidsdeskundigen meer inzicht in de mogelijke krachtbronnen van de cliënt. De versterkende factoren worden dus onderdeel van het schaduwlijstje, dat de arbeidsdeskundige gebruikt in het gesprek met de cliënt.