Cahier 8 – Arbeidsdeskundig handelen bij het inschatten van verlies van arbeidsvermogen bij personenschade
Bijlage 4 Korte beschrijving van twee relevante casussen als voorbereiding op workshop 2

Voorbereiding TNO/AKC Workshop van 6 september

Inleiding

In de workshop van 6 september willen wij zoveel mogelijk tijd besteden aan het in kaart brengen van de werkwijzen die arbeidsdeskundigen hanteren bij het bepalen van verlies aan arbeidsvermogen. Daarvoor is het nodig dat de deelnemers enig voorwerk doen.

Beschrijving van uw werkwijze

Hieronder is een korte beschrijving gegeven van twee casussen. Het is als voorbereiding op de workshop van belang dat u per casus aangeeft wat uw werkwijze is, als de vraagstelling luidt:

Wat is het verlies van arbeidsvermogen voor de betreffende persoon als het gaat om de afwikkeling van personenschade?

Daarbij twee aspecten betrekken:

  1. Wat is het te verwachten feitelijk inkomen van de cliënt in de situatie na het ongeval (met doorgroei tot pensioengerechtigde leeftijd)?

  2. Wat is het hypothetisch verloop van het inkomen in de situatie zonder ongeval?

Het is de bedoeling dat u per casus uw werkwijze als volgt beschrijft:

  • Wat zijn de stappen die ik zet? (zo veel mogelijk in de volgorde zoals u die zou willen)

  • Wat is het doel van elke stap?

  • Hoe voer ik die stap uit? (Welke activiteiten voert u uit en welke keuzes maakt u?)

N.B. Om de workshop goed te kunnen voorbereiden vragen wij u de ingevulde beschrijvingen uiterlijk vrijdag 26 augustus terug te sturen naar: Steffin.Nauta@tno.nl

Voor vragen kunt u contact opnemen met G.J. Wijlhuizen: 06 23291036 of GertJan.wijlhuizen@tno.nl.

Vriendelijke groet,

Gert Jan Wijlhuizen

Casus 1

Betrokkene is een twintigjarige man die op 17 januari 2009 betrokken was bij een verkeersongeval. Volgens de ons ter beschikking gestelde gegevens heeft hij als gevolg van dit ongeval niet de studies kunnen volgen die hij had gewenst. De man volgt nu een mbo-V-opleiding, maar had de ambitie om na een havo-opleiding een hbo-opleiding (kunstacademie) te volgen. Gevraagd wordt om de mogelijke carrière van de man uiteen te zetten alsof het ongeval niet gebeurd was. Wij richten ons hierbij op twee mogelijke loopbanen, te weten een loopbaan in de kunstwereld (kunstschilder) en in de verzorging (verpleegkundige).

Vraagstelling

Wat is het verlies van arbeidsvermogen voor de betreffende persoon in het kader van de afwikkeling van personenschade?

U kunt het aantal verschillende stappen van uw werkwijze zelf bepalen (extra stappen in de tabel kunt u zo nodig toevoegen)

Casus 2

Cliënt is een 41-jarige man, die op 7 april 2009 betrokken was bij een bedrijfsongeval. Daarbij liep hij letsel op aan zijn dominante rechterhand.

Voor het ongeval werkte hij veertig uur per week als constructiebankwerker in tijdelijke dienst bij bedrijf A.

Hij volgt nu echter een omscholing richting Maatschappelijke Zorg (=MZ), niveau 4, en loopt stage als woonbegeleider bij Stichting B.

Vraagstelling

Wat is het verlies van arbeidsvermogen voor de betreffende persoon in het kader van de afwikkeling van personenschade?

U kunt het aantal verschillende stappen van uw werkwijze zelf bepalen (extra stappen in de tabel kunt u zo nodig toevoegen)

Accepteer de voorwaarden

Gebruik van dit werk is toegestaan conform licentie creative commons CC-BY-4.0. Deze gebruikslicentie vervalt zes maanden na het verschijnen van een nieuwe editie van het werk. Het auteursrecht op dit werk berust bij de Staat der Nederlanden, ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.


Download document Download document