In de eerste twee kwartalen van 2021 was 15 procent van de bevolking van 12 jaar of ouder psychisch ongezond. Dit blijkt uit de nieuwe Gezondheidsenquête van het CBS, waaraan jaarlijks ongeveer 10 duizend respondenten meedoen. Het percentage is sinds de start van de Gezondheidsenquête in 2001, niet zo hoog geweest als nu.
De mentale gezondheid is gemeten via een vragenlijst gericht op somberheid, zenuwachtigheid, in de put zitten, rust/kalmte en gelukkig zijn. Jongvolwassenen waren het vaakst psychisch ongezond; het percentage dat zich neerslachtig en somber voelde lag bovendien hoger dan voorheen. Daarnaast gaven 4 op de 10 jongvolwassenen desgevraagd in retrospectief aan somberder te zijn dan voor de coronacrisis. Aan de enquête zijn in de periode augustus-december 2020 extra vragen opgenomen over hoe men zich tijdens de coronacrisis voelde, vergeleken met de periode daarvoor. Daaruit bleek dat respondenten zich tijdens de coronacrisis op een aantal aspecten minder goed voelden dan vóór de crisis. Ruim een kwart van de mensen gaf in 2020 aan zich tijdens de coronacrisis vaker eenzaam te voelen dan daarvoor. Ook gevoelens van angst, somberheid en stress kwamen vaker voor tijdens de coronacrisis dan daarvoor.