Arbeidsdeskundig Kennis Centrum (AKC)
Is een werknemer ziek, dan moet de werkgever het loon maximaal 104 weken doorbetalen. Na 104 weken heeft de zieke werknemer mogelijk recht op een WIA-uitkering.
In de Wet verbetering Poortwachter staat dat de werkgever er in redelijkheid en billijkheid (zie bijlage 1, bron c) alles aan moet doen om de werknemer te laten terugkeren in eigen of ander werk. Dit worden de re-integratie inspanningen genoemd en die kunnen ook gericht zijn op werk bij een andere werkgever. Deze activiteiten moeten voorkomen dat de werknemer in de WIA terechtkomt. Als de werkgever niet genoeg aan re-integratie doet, kan UWV na een onderzoek besluiten dat de werkgever ook na 104 weken nog eens voor maximaal 52 weken het loon moet doorbetalen, totdat de vereiste re-integratie-inspanningen hebben plaatsgevonden (zie bijlage 1, bron d).
Uit de beoordeling van het re-integratieverslag blijkt dat na 1 jaar ziekte al is vastgesteld dat de werknemer niet geschikt is voor eigen of enig ander passend betaald werk bij de huidige werkgever. Er zijn dus geen passende werkhervattingmogelijkheden meer in spoor 1.
De werkgever koopt daarop een spoor 2-traject in, maar laat de werknemer gelijktijdig doorwerken in hand- en spandiensten in het eigen bedrijf, voor 4-5 uur per dag en 20 uur per week. Volgens de werkgever was op voorhand al duidelijk dat deze hand- en spandiensten voor de werknemer niet tot een betaald baanaanbod zouden leiden.
De werknemer is van mening dat er bij zijn eigen werkgever betaald en passend werk voor hem is, namelijk het werk dat hij tijdens zijn ziekte is blijven doen.
De arbeidsdeskundige vraagt zich af hoe een werkgever moet handelen om een werknemer voldoende inspanningen te laten verrichten voor een adequaat spoor 2. Daarnaast vraagt de arbeidsdeskundige zich af hoe de mindset van de werknemer beïnvloed had kunnen worden, hetzij door de werkgever, hetzij door het re-integratiebureau.