Leidraad Verzuim
Rol coach gericht op organisatie

Waarom deze rol?

De arbeidsdeskundige is naast beoordelaar of adviseur ook daadwerkelijk betrokken bij de in- en uitvoering van verzuimbeleid. Hij kan dit doen als trainer of coach naar gelang de situatie en de vraagstelling van de opdrachtgever. De arbeidsdeskundige kan bijvoorbeeld leidinggevenden trainen in verzuimpreventie en de omgang met verzuimende werknemers. Casemanagers of re-integratieadviseurs hebben behoefte aan arbeidskundige coaching om effectiever en efficiënter hun werk te kunnen doen. Ten slotte worden arbeidsdeskundigen steeds vaker zelf ingezet als casemanager of re-integratieadviseur. Vanuit hun kennis kunnen zij immers het verzuimproces adequaat en voortvarend begeleiden.

Professionele afstand

Waar de trainer meestal de inhoud van vaststaande programma’s aanleert, stelt de coach zich direct in dienst van een individu en ondersteunt deze een-op-een inhoudelijk en procesmatig bij het bereiken van doelen die door het individu of de organisatie zijn geformuleerd en gesteld. In deze hoedanigheid ondersteunt de arbeidsdeskundige de afdeling HR of de casemanager. De arbeidsdeskundige interventie in deze rol kan dan gericht zijn op het aanleren van vaardigheden aan HR-adviseurs, casemanagers, of aan bijvoorbeeld leidinggevenden, maar kan ook gericht zijn op inhoudelijke procesondersteuning aan deze personen.

Uitkomst

Als coach is de arbeidsdeskundige over een langere periode actief betrokken bij de implementatie of uitvoering van beleid binnen een organisatie. Verschil met andere coaches die voor dezelfde doelen kunnen worden ingezet is de integrale visie van de arbeidsdeskundige op de verhouding mens-werk-inkomen en de ruime kennis van wet- en regelgeving die de arbeidsdeskundige meeneemt en in kan brengen in het proces.

Opdrachten

De opdrachten bij deze rol staan in het menu links, onder 'Opdracht selecteren'.

Accepteer de voorwaarden

Gebruik van dit werk is toegestaan conform licentie creative commons CC-BY-4.0. Deze gebruikslicentie vervalt zes maanden na het verschijnen van een nieuwe editie van het werk. Het auteursrecht op dit werk berust bij de Staat der Nederlanden, ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.


Download document Download document