In hoofdstuk twee bespreken we de doelgroep waar Stichting Gezel zich op richt en de factoren die hen belemmeren om een plek te vinden op de arbeidsmarkt. Ook de missie die hieruit volgt, komt aan de orde. Hoofdstuk drie behandelt de input, oftewel alles dat nodig was om van start te kunnen gaan met het project Zorgassistent-in-de-klas. In hoofdstuk vier komen de belangrijkste activiteiten in het project aan bod. Bij elke activiteit is een kader opgenomen met werkinstructies. Hoofdstuk vijf gaat over de output van het project (de direct telbare ‘producten’) en hoofdstuk zes over de effecten. In hoofdstuk zeven gaan we in op de axioma’s die samenhangen met de manier waarop de activiteiten uitgevoerd moeten worden. Bij elk axioma is een kader opgenomen met werkinstructies. Hoofdstuk acht bevat de onderbouwing van de aanpak. Daarna volgt een literatuurlijst en het lesplan.
Het rapport bevat zes bijlagen:
Bijlage 1: Leden werkgroep
Bijlage 2: Stakeholders
Bijlage 3: Formulieren Evaluatie ontwikkeling zorgassistent
Bijlage 4: Outputmeting
Bijlage 5: Cases
Bijlage 6: Theorieën en modellen