‘Het is goed als wetenschappers uit de ivoren toren komen’ | Arbeidsdeskundigen
03
jun
2024

‘Het is goed als wetenschappers uit de ivoren toren komen’

Hoogleraar Sandra Brouwer van het UMC Groningen was jarenlang lid van de programma-adviescommissie van het AKC. Een succesvolle samenwerking tussen theorie en praktijk zit volgens haar in een gedeelde ambitie en daar ligt volgens haar ook de focus voor de toekomst. ‘We moeten naar buiten, de wereld in. En hierin heeft de arbeidsdeskundige een nadrukkelijke rol.’

Sandra Brouwer is hoogleraar sociale geneeskunde, met als specialisme de arbeidsparticipatie en re-integratie van kwetsbare groepen. Vanaf de oprichting is Sandra betrokken geweest bij het AKC. Ze was lid van de programma-adviescommissie (PAC), toen nog Programmaraad, en onderzoeker bij onderzoeksprojecten met en voor arbeidsdeskundigen. ‘Professor Johan Groothoff en ik werkten altijd al nauw samen met zowel bedrijfs- als verzekeringsartsen in het kader van onderzoek en opleiding. Binnen de samenwerking met UWV Noord werd deze groep al snel uitgebreid met arbeidsdeskundigen. Op onze wetenschapsmiddagen gingen we samen in conclaaf: hoe haal je kennisvragen op, hoe formuleer je deze tot onderzoeksvragen? Toen het AKC in 2009 startte, nam ik samen met Johan zitting in de Programmaraad en zetten wij ons in voor onderzoek op het gebied van arbeidsdeskundigheid.’

Pleiten voor implementatieonderzoek

Sandra herinnert zich uit de periode 2014-2019 de zoektocht naar relevante thema’s en de juiste typen onderzoeken. ‘Het AKC had een beperkt budget, dus we moesten daar slim mee omgaan. De jaren ervoor waren al vele onderzoeken gestart, nu werd het tijd om selectiever te zijn. We besloten om het onderzoek te verbinden aan centrale thema’s, zoals chronisch zieken en werk, robotisering en mentale problematiek. Grote onderwerpen met een enorm maatschappelijk belang.’ Ook kan ze zich heugen dat het AKC zich actiever ging inzetten voor de implementatie van al het onderzoek. ‘Het was belangrijk te weten hoe de onderzoeksresultaten in de praktijk landden. Welke praktische impact had onderzoek nu daadwerkelijk? Tussen alle kennisontwikkeling dreigt dit type evaluatieonderzoek nog weleens een ondergeschoven kindje te zijn.’

Verschillende perspectieven

Deelname aan de PAC zag Sandra als een mooie manier om bestuurservaring op te doen, zeker in haar tijd als vice-voorzitter. Maar voor haar was het nog belangrijker om met verschillende groepen aan tafel te zitten en vanuit verschillende perspectieven – die van onderzoeker, beleidsmaker en arbeidsdeskundige – de visie op arbeidsparticipatie te horen. ‘Het is goed om als wetenschapper uit die ivoren toren te komen en verschillende kanten van het verhaal te horen. In deze dynamiek gingen we steeds meer elkaars taal spreken.’ Nu, zoveel jaren later, is deze dynamiek ook steeds zichtbaarder in het werkveld en is Sandra onder meer actief betrokken bij de multidisciplinaire ontwikkeling van de arbeidsdeskundige richtlijn re-integratie. Ook werkt ze mee aan de evaluatie van het BAR-instrument: een methode voor een gezamenlijk begrippenkader en gemeenschappelijke taal voor bedrijfsartsen, verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen.

Maximale regie voor cliënt

Kers op de taart is wat haar betreft dat Kor Brongers als eerste arbeidsdeskundige is gepromoveerd op een onderzoek naar het effect van een integrale, participatiegerichte dienstverlening van de arbeidsdeskundige aan klanten met een meervoudige problematiek. ‘Vaak is de problematiek bij een cliënt veel complexer dan niet kunnen meedoen aan het arbeidsproces. Op die meervoudige problematiek moet de zorg en begeleiding gericht zijn.’ Wat Sandra betreft schetst ze hiermee meteen het toekomstperspectief van het vak arbeidsdeskundigheid en van het AKC. ‘Een manier van begeleiden waarin de menselijke maat een rol speelt, waarin erkenning is voor meervoudige problematiek en waarvoor een integrale aanpak nodig is. In de ketensamenwerking die ik voor me zie, heeft de client zelf de maximale regie en speelt de arbeidsdeskundige samen met andere professionals een nadrukkelijke rol.’

Stappen richting ander socialezekerheidsstelsel

Volgens Sandra ligt de kern in deze netwerksamenwerkingen in het delen van ambities en kleine stappen zetten om een beweging te maken richting een andere manier van omgaan met kwetsbare groepen. ‘Uiteindelijk moeten we toe naar een ander socialezekerheidsstelsel, want het huidige is niet meer houdbaar. Werk zoals dat van Kor draagt daaraan bij. Daarom zouden er veel meer van dit soort onderzoeken moeten zijn en meer experimenteerruimte in de praktijk. Want alleen met vallen en opstaan kom je tot innovatie.’

AKC
NVvA
Terug naar overzicht