De Tweede Kamer heeft unaniem ingestemd met een wetsvoorstel dat werkgevers moet ondersteunen bij het aannemen en behouden van werknemers met een arbeidsbeperking, schrijft Rendement Online. Deze wet is onderdeel van de banenafspraak, een afspraak uit het sociaal akkoord van 2013 tussen het kabinet, werkgeversorganisaties en vakbonden. Het doel is om in 2026 vergeleken met 2013 gezamenlijk 125.000 extra banen te realiseren – 100.000 in het bedrijfsleven en 25.000 bij de overheid. Werkgevers lopen inmiddels achter op deze doelstelling.
Meer financiële voordelen voor werkgevers
Een van de belangrijkste veranderingen die de wet met zich meebrengt, is een verhoging van het loonkostenvoordeel voor werkgevers. Vanaf 1 januari 2026 kunnen werkgevers jaarlijks tot €2.000 per werknemer ontvangen, mits de werknemer in dienst blijft. Dit voordeel kent niet langer de eerdere beperking van drie jaar. Bovendien hoeven werkgevers geen aparte doelgroepverklaring meer aan te vragen bij het UWV, wat de administratieve lasten verlaagt.
Uitbreiding van de doelgroep
De groep mensen die onder de regeling valt, wordt vanaf 1 januari 2027 verder uitgebreid. Dan worden ook mensen in de Wajong die structureel niet in staat zijn om regulier werk bij een werkgever te verrichten, en mensen met een IVA-uitkering die werken met loondispensatie, opgenomen in de regeling. Deze uitbreiding moet ervoor zorgen dat meer mensen met een arbeidsbeperking een kans krijgen op een duurzame baan.
Eén gezamenlijke doelstelling voor markt en overheid
Een andere belangrijke verandering is het verdwijnen van het onderscheid tussen de doelstellingen voor de marktsector en de overheid. Deze aanpassing moet samenwerking tussen verschillende werkgevers, sectoren en regio’s bevorderen en tegelijkertijd de administratieve lasten verminderen. Hoe de overheid zelf haar bijdrage aan de doelstelling zal leveren, wordt later bepaald op basis van nog vast te stellen baanrealisaties binnen de publieke sector.
Beloningen en sancties via een quotumregeling
Om te waarborgen dat werkgevers zich inzetten voor de doelstelling, wordt een quotumregeling ingevoerd als de gezamenlijke doelstelling van 125.000 extra banen niet wordt gehaald. Werkgevers die hun quotum niet behalen, krijgen te maken met een verhoging van de Aof-premie, de zogenoemde ‘inclusiviteitsopslag’. Aan de andere kant ontvangen werkgevers die hun doelstelling wél realiseren een bonus in de vorm van een verhoging van het loonkostenvoordeel. Zowel de heffing als de bonus bedragen gemiddeld €5.000 per baan die wel of niet gerealiseerd wordt. Kleine werkgevers en uitlenende werkgevers worden vrijgesteld van de inclusiviteitsopslag.
Extra waarborgen en regionale initiatieven
Naast het wetsvoorstel zijn er enkele amendementen en moties aangenomen die verdere garanties en verplichtingen met zich meebrengen. Zo moet de overheid jaarlijks rapporteren over het aantal banen dat zij zelfstandig weet te creëren, zelfs nadat het onderscheid tussen markt en overheid komt te vervallen. Daarnaast gaat deze wijziging pas definitief in nadat zowel de Tweede als de Eerste Kamer hun visie hebben gegeven via een voorhangprocedure.
Ook zijn er regionale afspraken in de maak. De regering is verzocht om in kaart te brengen hoe werkgevers in verschillende regio’s banen voor arbeidsbeperkten kunnen realiseren. Daarnaast zal er onderzoek worden gedaan naar mogelijkheden om werkgevers te stimuleren om deze werknemers vaker een vast contract te bieden, in plaats van tijdelijke of flexibele contracten. Dit moet bijdragen aan een duurzamer en inclusiever arbeidsklimaat.
Vervolgstappen
Hoewel de Tweede Kamer al akkoord is gegaan, is nog niet bekend wanneer de Eerste Kamer zich over het wetsvoorstel zal buigen. Het vervolgproces zal bepalen of en wanneer de nieuwe maatregelen daadwerkelijk van kracht worden.